De Onrust te Oude Pekela

Molenaars:

Peter Immenga 0597-618269, peetenbets@online.nl

Adrie Haveman 0597-618768, adhaveman@ziggo.nl

Abel Middel  06-28491971 ajmiddel@xs4all.nl

Moleneigenschappen

  • Bouwjaar 1850
  • adres Feiko Clockstraat 111 a
  • 9665 BG Oude Pekela
  • eigenaar gemeente Pekela
  • type Achtkante stellingmolen
  • functie koren en pelmolen
  • inrichting 3 koppels maalstenen, 1 pelsteen
  • gevlucht 21.00 m
  • openstelling zaterdagochtend en op afspraak
  • de vangstok weer geplaatst

Geschiedenis

De molen werd in opdracht van dhr. Remke Bruggers in 1850 gebouwd als koren- en pelmolen. Tijdens de storm van 16 op 17 december 1869 is de molen beschadigd (onder van Deest). In november 1895 werd vergunning verleend tot het inrichten tot stoomkorenmolen (P.V.). In 1948 hersteld door molenmakers Roemeling en Hassinguit Eexta. In 1950 buiten bedrijf. In de periode 1959-1960 gerestaureerd door molenmaker Roemeling uit Eexta voor f.19.000. Op 7 mei 1960 officieel in gebruik genomen. In 1971-1972 volgde opnieuw enig herstel door molenmakers Roemeling & Molema voor f.53.120. Restauratie oa. nieuw boventafelement en kruiring door molenmaker Doornbosch in 1996.
Begin 2014 werd gestart met het herstel van het ondertafelement en de draagbalken van de stellingzolder.
Sinds 1969 is deze molen aangewezen als beschermd monument. Eén roede was tot 1981 voorzien van zelfzwichting. Sindsdien 1981 zijn de roeden oud-hollands opgehekt. In 1987 is de molen gerestaureerd door molenmakers-bedrijf Molema.
De molen wordt tevens gebruikt als instructiemolen van het Groninger Gilde van Vrijwillige Molenaars.

Eigenaren waren: Remke Bruggers; in 1851 kocht Reinder J. van Deest de molen van Remke Bruggers. oa. 1869 en 1877; B. Huizing en P. Oppentocht; sinds 1885 B. Huizing; sinds 1915 B.J. Huizing; sinds 1 november 1949 L. Heeres van Zuidlaren; sinds 1957 gemeente Oude Pekela voor f.7000 incl. grond, Heeres werd huurder.

De molen is een achtkantige boven(buiten)kruier met stelling. De hoogte van de stelling bedraagt 10,10 meter en is geschoord met acht schoren die voorzien zijn van hulp- of schrankschoren, het geheel heet kraaiepoten.
De schoren rusten niet op vinken maar zijn ingemetseld in de muur en voorzien van een kram. Per stellingveld zijn er vier liggers.
De molen heeft aan de zuidzijde één ingangsdeur, een tweede er tegenover is dichtgemetseld, op de begane grond bevinden zich twee toiletten en een kantoortje.
De roeden hebben een vlucht van 73 voet (21 meter) en zijn Oudhollands opgehekt (zonder wafels) met windborden.
De molen is gebouwd van geasfalteerd hout op een stenen onderbouw met hoeklisenen (pilastervormig uitspringende verticale muurbekleding) en met een geasfalteerde houten kap.
In de vernieuwde kap bevindt zich een Vlaamse vang en de vangbalk, gemaakt van een onbewerkte boomstam, is voorzien van een duim met beugel, haak of kram.
De vangstok is beschilderd met prinsjeswerk en voorzien van een vangketting met houten kralen. De lange spruit is tevens ijzer- of busbalk en heeft één poortstok.
De kap wordt gekruid d.m.v. een schuif- of voeghouten kruiwerk en een kruilier aan de staartbalk.
Op de steenzolder liggen drie koppels stenen t.w. het noordelijk en het zuidelijk koppel ø 151 cm, waarvan de lopers beide 31 cm dik zijn en een klein koppel (wolfjes) op het westen ø 101 cm.
Onder de maalzolder bevindt zich een pelsteen, waarvan de steenspil nog aanwezig is. De stenen worden in en uit het werk gezet door het met de hand verschuiven van de ijzerbalk (zwaai- of sleutelbalk), het verplaatsen van een losse pal en een wig.
Veel in de molen is nog authentiek, iets dat met name opvalt bij het lichtwerk van de drie koppels stenen en het kammenluiwerk.
De molen heeft zes ruimten, t.w. begane grond, 1e zolder, 2e zolder, maalzolder, steenzolder, overstap ter hoogte van het luiwerk en kapzolder.
De gietijzeren as is in 1876 gegoten door de ijzergieterij Prins van Oranje en heeft nr. 1031.
Bovenwiel met 65 kammen, bonkelaar met 36 kammen, spoorwiel met 90 kammen, oostelijk steenrondsel (van de pelsteen) met 22 staven, noordelijk steenrondsel met 28 staven, zuidelijk steenrondsel met 25 staven, westelijk steenrondsel (kleine steen) met 22 staven.